Gender verwijst naar de kenmerken, eigenschappen, talenten van en verwachtingen rond vrouwelijkheid en mannelijkheid. Seksuele voorkeur heeft te maken met wie of wat je aantrekkelijk vindt.
Ik voelde me niet 100% thuis bij de jongens. Het kan heel moeilijk zijn om je anders te voelen, maar het kan ook een enorme kracht en meerwaarde zijn in je leven.
Niet iedereen die geboren wordt met mannelijke of vrouwelijke geslachtskenmerken identificeert zich als man of als vrouw. Uit onderzoek blijkt dat 0,7% in de groep met een mannelijk geboortegeslacht en 0,6% in de groep met een vrouwelijk geboortegeslacht zich psychisch meer het andere dan het eigen geboortegeslacht voelt. Het is niet altijd even makkelijk om aan je omgeving te vertellen over je seksuele identiteit.
Genderrollen zijn ingebakken in onze samenleving. Zo denken we dat vooral vrouwen schoonmaken en koken. En zullen we sneller aan een man vragen om een zware kast te verplaatsen. Hetzelfde geldt voor studiekeuzes. Onbewust geven we deze genderrollen door en bevestigen we zo klassieke rolpatronen. Maar het traditionele onderscheid tussen man en vrouw is ontoereikend om de complexe realiteit te beschrijven.
Geslacht of sekse verwijst naar je biologische geslacht, naar de biologische verschillen tussen mensen. Het wordt bij de geboorte vastgesteld. Bij de meeste mensen zijn de geslachtskenmerken uitsluitend mannelijk of uitsluitend vrouwelijk. Bij de groep die we intersekse noemen, is er een variatie van vrouwelijke en mannelijke geslachtskenmerken. Dit komt voor bij 1,7% van alle geboortes.
Niet iedereen die geboren wordt met mannelijke of vrouwelijke geslachtskenmerken identificeert zich als man of als vrouw. Genderidentiteit verwijst naar het innerlijke gevoel van mannelijkheid of vrouwelijkheid, beide of geen van beide. Komt het biologische geslacht niet overeen met de genderidentiteit, spreekt men over transgender. Cisgender daarentegen betekent dat iemands biologische geslacht wel overeenkomt met de genderidentiteit. Genderidentiteit gaat dus meer over hoe iemand zich voelt. Er bestaan verschillende genderidentiteiten: man, vrouw, queer, non-binair, bigender, genderfluïde, agender, genderneutraal, pangender, derde gender … Transgender is de parapluterm voor al wie zich niet cisgender voelt.
In onze maatschappij wordt nog steeds sterk dualistisch gedacht over geslacht en gender: je bent man óf je bent vrouw. Maar heel wat mensen herkennen zich niet in deze opdeling in twee geslachten of genders en/of voelen zich er niet goed bij.
LGBTQIA+ is een letterwoord om seksuele diversiteit, gender- en geslachtsdiversiteit aan te duiden. Het is in oorsprong een Engelse afkorting van de volgende begrippen:
Gender hoeft helemaal niet zwart-wit te zijn, je hebt dat in alle vormen en kleuren.
Romantische oriëntatie gaat over op wie je verliefd wordt, seksuele oriëntatie over wie jou seksueel opwindt. Beide oriëntaties kunnen samenvallen, maar niet noodzakelijk. Er zijn heel wat oriëntaties, zoals homoseksueel, aseksueel, panseksueel … En dus homoromantisch, aromantisch, panromantisch … Je oriëntatie kan in de loop van je leven veranderen.
Genderexpressie is de uiting van je gender aan de hand van bijvoorbeeld kleding, spraak en gedrag. Hoe dit gebeurt, kan sterk variëren. Het is ook onderhevig aan cultuur en opvoeding.
Het kan zijn dat je zo ongelukkig bent met je lichaam en je sekse, dat het je veel stress geeft. Dit wordt ook wel genderdysforie genoemd. Je voelt je dan ongelukkig maar misschien ook angstig omdat je genderidentiteit niet overeenkomt met het geslacht dat je werd toegewezen bij geboorte.
Voel je je down en alleen hierdoor, vraag dan hulp. Er zijn mensen die gespecialiseerd zijn in deze problemen en je gevoelens begrijpen. Zij kunnen je steunen en helpen.
Heb je het gevoel dat het gender waarmee je je identificeert niet (helemaal) bij je lichaam past, dan kan je kiezen voor een transitie naar een lichaam waarin je je meer jezelf voelt. Dat kan door medische stappen te zetten maar er zijn ook andere manieren om een meer mannelijk, vrouwelijk of neutraal uiterlijk te bekomen.
Een transitie is een heel individueel proces: alleen jij kan beslissen wat voor jou nodig is om je meer comfortabel te voelen bij je lichaam en genderidentiteit. Het is belangrijk om weten dat er veel mogelijkheden zijn maar ook dat niets moet en dat er geen vooraf uitgestippeld proces is dat je te doorlopen hebt. Zo vinden sommige transgender personen medische stappen niet nodig en dat is helemaal oké.
Op de website www.transgenderinfo.be lees je meer over mogelijkheden om je beter te voelen in je lichaam. Je vindt er informatie rond vermannelijking en vervrouwelijking van het uiterlijk of lichaam. Voor de meeste transgender personen is een transitie een intense periode. Op Gendervonk in het deel ‘goed in je vel’ lees je hoe je kan omgaan met moeilijkheden tijdens een transitie.
Misschien wil je op een bepaald moment de mensen rondom jou op de hoogte brengen van je transgender zijn. Dit coming out of ‘uit de kast komen’ is een proces dat meestal een tijdje duurt. Voor het eerst vertellen over je genderidentiteit is voor veel transgender personen spannend, het is bijvoorbeeld niet altijd voorspelbaar hoe iemand zal reageren. Veel transgender personen zijn bang voor negatieve reacties maar zijn achteraf ook opgelucht.
Beslis voor jezelf hoe open je bent over je transgender identiteit en aan wie je er graag over vertelt. Je bent tot niets verplicht.
Er zijn verschillende manieren om mensen te informeren over je genderidentiteit. Je bereidt dit best even voor. Op Gendervonk ontdek je hoe je een concreet plan van aanpak kan voorbereiden.
Transgender personen krijgen vaker dan cisgender personen te maken met (seksueel) grensoverschrijdend gedrag, zowel verbaal als fysiek. Zo’n 30% van de transgender personen zou al een vorm van seksueel geweld meegemaakt hebben. De dader kan zowel een bekende als een onbekende zijn. Seksueel grensoverschrijdend gedrag kan zorgen voor psychische, seksuele en sociale problemen.
Praten over je twijfels of ervaringen kan opluchten en helpt je om ook zelf de dingen op een rijtje te zetten. Praat met iemand bij wie je je goed voelt en die je vertrouwt. Liefst iemand die je kent, zoals een goede vriend of vriendin, je ouders, zus of broer.
Durf je niemand uit je naaste omgeving aan te spreken, probeer er dan over te praten met iemand die vertrouwd is met vergelijkbare ervaringen. Dat kan een psycholoog zijn of iemand van de studentenvoorziening van je hogeschool of universiteit.
Wil je liever anoniem je verhaal kwijt? Dan kun je terecht bij Awel (102 of awel.be) of Tele-Onthaal (106 of tele-onthaal.be). Heb je vragen over zelfdoding, bel dan naar de Zelfmoordlijn (1813 of zelfmoord1813.be). Je kunt ook met hen chatten.
In deze podcast gaat host Carola in gesprek over gender en seksualiteit. Dat doet ze met studente Maja en met dr. Alexis Dewaele (UGent), specialist en onderzoeker in verband met seksuele gezondheid, minderheden en coping.
Working with diverse gender identities - Expert Insights forum for health professionals
Je bent niet alleen. Maak kennis met inspirerende verhalen van studenten over kwetsbaarheid en twijfel, maar ook over de kracht van verbondenheid.
Bekijk de verhalen